Wodan
Column: JoMo
Gepubliceerd: 13 november 2020
De woensdag is vernoemd naar Wodan. Hij was de god van de razernij, de hartstocht, de brandende begeerte, de smart en de dolheid. Het lijkt nu wel alle dagen woensdag. Veel mensen zijn boos. Boos omdat ze de verkiezingen hebben verloren, boos omdat er spotprenten worden gemaakt van hun geliefde leider of profeet, boos omdat ze niet naar een feestje mogen, boos omdat er vrachtwagens over hun laantje rijden, boos omdat hun failliete vliegclubje vraagt om loonmatiging, boos omdat de vleermuisjes worden gestoord in hun nachtelijke vreetvlucht. Korte lontjes en veel buskruit.
Boosheid ontstaat als je iets wil maar dat niet krijgt. Dat begint al op jonge leeftijd. De beschuitfabrikanten Hille uit de Zaan en Bolletje uit Twente speelden daar leuk op in. Je herinnert je ongetwijfeld nog de leuze “Ik wil Bolletje”, waarop de concurrent naar buiten trad met de slogan “Je hebt niks te willen, je krijgt Hille”. Ik heb nog geen kind horen roepen “Maar ik heb toch vrijheid van meningsuiting”.
Er zijn principiële rakkers die de griepprik weigeren. Nu er warempel een werkend vaccin op komst is voor het COVID-19, vraag ik mij af of die inmenging in hun private sfeer ook zal worden afgewezen. Of zij anderen besmetten, is blijkbaar niet de kwestie. Zo’n principe lijkt een veilig dogma waarachter je je grotesk kunt verschuilen. Maar ook dogma’s en principes sneuvelen en meestal op een ongelukkig moment voor de getroffenen. Vroeger was de aarde plat en Trump dacht dat de wereld om hem draaide. Nu noemen we dat fake news.
Zouden we de woensdag niet uit kunnen roepen tot boos-dag? Gooi het eruit, schrijf je haatdragende tweet of ga voor mijn part met toeterende pickup trucks, spandoeken en baseballpetjes de straat op. Demonstreer en houdt sit-ins voor het gemeentehuis, verspreidt pamfletten en huil en klaag naar hartenlust. Maar laat ons de rest van de week met rust zodat iedereen ongestoord kan werken, kan winkelen, zijn krantje kan lezen en de kids mee naar het strand kan nemen.
Zo beschreef Godfried Bomans eens de schoenverkoper, die met engelengeduld en ingehouden frustratie zeurende en nimmer tevreden klanten eindeloos nieuw schoeisel paste aan de naar zweet meurende voeten. Zijn baas zag dat ook en stelde hem in het vooruitzicht: bij elke honderd schoenen mag je zo’n sujet een muilpeer verkopen.
Leid je de woede in goede banen, dan kun je er achteraf misschien wel om glimlachen.
JoMo