Politiek hè
Column: Kauw
Gepubliceerd: 4 februari 2022
Er zitten weer mensen op de terrassen. Er is weer reuring en ik kan weer een graantje mee pikken. Op deze vroege middag scharrel ik wat op het kleine terras van de Pilaren.
“Zeg kerel wat geweldig dat we elkaar zo weer treffen. Alles goed met moeder de vrouw? Als vanouds een jonge klare?” “Zeker Jan-Kees, dat hebben we te lang moeten missen!”
“Verders nog nieuws?” “Ja, ons jongste kleinkind gaat, net als zijn trotse opa, in Amsterdam rechten studeren.” “Proficiat dan en op onze goede oude studententijd, proost! Weet je nog dat we bij Nereus feest vierden, ach man waar is de tijd gebleven?” “Ab, heb je voor ons nog twee jonkies? Volg jij de Bergense politiek nog een beetje?” “Ik heb begrepen dat die wethouder het allemaal goed voor elkaar heeft.” “Ja, je bedoelt die jongeman van die 900 woningen of waren het er nou 1100?” “Nee joh, laatst stond in de krant 1400.” “En waar staan die huizen dan, Jan-Kees?” “Nou nergens, maar ze staan op papier en als het op papier staat, is het waar. Daar weet ik alles van als oud-jurist.” “Ha ha, maar daar kan je toch niet in wonen?” ”Nee dat niet, maar dat is politiek hè. En weet je dat er mensen zijn die geloven dat er zoveel woningen zijn gebouwd? Proost, ouwe klare, oh ik bedoel ouwe kerel.”
Zoveel huizen, daar schrikt deze kauw van…, dan hoop ik maar dat men oude bomen laat staan, opdat wij ook kunnen blijven wonen. “Zeg kerel, kunnen mijn kleinkinderen al intekenen voor die huizen, jij weet daar vast een trucje voor. Die jongelui zoeken natuurlijk een klein stulpje in het mooiste dorrup van het land.”
“Ach ja, dass wahr einmal. Even wat anders, ga jij in maart stemmen?” Ja, ik sta nog altijd achter onze langelijke, ik bedoel landelijke partij.” “Ach ja, tuurlijk, het blijft onze burgerplichteging… By the way, wat vind je van die nieuwe dorpspartij?” “Tja, weer een verspillering, ehh versplintering, maar met die zooi van nu is het mogelijk een weg naar transparante doorzicht en participerende oplossingen in een brede opzet, wat jou?” “Nou, je lult net zo onbegrijpelijk als die lui in de politiek.” “He, zie je dat, die kauw vangt een vlieg!” “Ha, ha, dat is in de politiek ook gebruikelijk.” Doen we nog een laatste neutje, dan houden we onze geest troebel.”