Laakbaar, strafbare insinuaties, karaktermoord, onderbuik-niveau en ranzige beschimpingen
Ruim een jaar geleden diende een van onze geridderde NIMBY’s, middels een ingezonden brief, mij stevig van repliek omdat ik behoorlijk boos was op de starre en rechtlijnige benadering van zaken die door de Stichting Mr Frits Zeiler telkenmale aan de Raad van State worden voorgelegd . U weet inmiddels uitentreuren hoe ik daar over denk, dus voorlopig laat ik de vier mannen en drie vrouwen van de voornoemde stichting lekker vergaderen in hun guerrilla-bunkertje aan de Breelaan.
Wat ik u niet wil onthouden is een alinea uit het bozige epistel van de bewuste brievenschrijver. Ik citeer: ,,Dat de heer Van de Pas zijn columns gebruikt om plaatselijke ondernemers te bedienen is niet nieuw, de meeste van zijn schrijfsels voeren dat thema. Enig googelen levert al snel fraaie beelden van zijn warme banden in die kringen. Dat hij daarbij on-beargumenteerde verdachtmakingen niet schuwt en de waarheid zo nodig wat bijbuigt is evenmin nieuw.”
Verder in zijn brief gebruikt hij nog termen als: laakbaar, strafbare insinuaties, karaktermoord, onderbuik-niveau en ranzige beschimpingen. Als klap op de vuurpijl suggereerde hij dat ik als columnist maar ontslagen moest worden.
Prima, de man heeft een mening en is het blijkbaar niet met mijn schrijfstijl eens. Nou lig ik niet zo snel wakker van een stevige ingezonden brief, want ik ben zelf ook niet vies van een prikkelende column. En zoals de Engelsen zeggen:” 'If you can't stand the heat, get out of the kitchen'. Iets van je af schrijven kan zeer therapeutisch werken en voorkomt mogelijk zelfs dichtgeslibde kransslagaderen van ergernis.
Maar terug naar de zaak. Ik ben dus een ‘laakbare’ frontsoldaat van plaatselijke ondernemers. Ik heb ‘strafbare’ warme banden in de Bergense zakelijke kringen en laat dat duidelijk merken in mijn ‘ranzige’ stukkies. Nou ja, dat klopt als een bus en wat is daar mis mee? De uitzonderlijke leefbaarheid en bovengemiddelde aantrekkelijkheid van ons kunstenaarsdorp wordt door verschillende elementen bepaald. De ondernemers, winkeliers en mijn overige zakelijke kringen maken daar in bescheiden mate deel van uit. En ja, ik ben een voorstander van verantwoorde vernieuwingen, verbeteringen en veranderingen in ons dorp Bergen.
Maar ook in Bergen aan Zee. Daar zijn deze week door ‘mijn zakelijke vrienden’ plannen gepresenteerd om Hotel Nassau Bergen en haar omgeving een broodnodige metamorfose te laten ondergaan. Hiermee willen zij een belangrijke stap zetten om het toekomstperspectief van Bergen aan Zee als aantrekkelijke badplaats te behouden en te verbeteren. Dat verdient een positieve grondhouding. Zeker niet klakkeloos adopteren, maar objectief kritisch meedenken. Daar staan mijn ‘bevriende’ Bergense ondernemers zeker voor open.
Dat er wat gaat veranderen in Bergen aan Zee is een feit. Is dat erg? Ach, het oude karrenpad is reeds door landschapsarchitect Springer vervangen door de huidige Zeeweg, paard en wagen maakten ruim baan voor het gemotoriseerde verkeer en Duitse gasten graven geen kuilen meer.
De ‘oude hoteldame’ is na 70 jaar afgeschreven. Ze mag met pensioen, want ze is technisch en economisch niet meer te reanimeren of zelfs te restaureren. Gun haar in het hiernamaals een nieuwe functie als een zorgvuldig gemalen baksteen. Misschien zullen die oude hotelmuren daar, op de uitgestrekte en oneindige gravelyards, nog bijzondere geheimen uit de tijden van Jacob en Marie van Reenen gaan vrijgeven. Het is goed zo, Bergen aan Zee en haar Nieuwe Nassau mogen wat mij betreft de 21e eeuw gaan ervaren.
Rob van de Pas