Nationale trots
Column: Kraantje
Gepubliceerd: 15 juli 2022
‘Steeds vaker bekruipt mij het gevoel dat die complotdenkers er toch niet ver naast zitten, zeker als het gaat om de teloorgang van de Nederlandse identiteit. Als je de kranten leest, moet alles veranderen.
Was gaswinning eerst de nationale trots, en onderdeel van het verhaal waar een klein land groot in kan zijn – een stukje identiteit als het ware – inmiddels zijn Groningen en gas in één zin een beladen thema geworden. En ook in ons dorp doet het nog steeds de nodige stof opwaaien.
En denk eens aan die andere nationale trots: Schiphol. Kregen we jaren te horen dat er een extra landingsbaan nodig was en dat er sowieso in Lelystad een dependance moest komen om aan alle behoeften te voldoen, tegenwoordig mag je al blij zijn als je een vlucht weet te bemachtigen en je helemaal gelukkig prijzen als deze überhaupt vertrekt en dan laat ik de eventuele koffers die je mee wil nemen nog maar eventjes buiten beschouwing.
‘Zo erg is dat toch niet, als er geen vluchten vertrekken, komt het vanzelf wel goed met die vliegschaamte. Scheelt weer een stukje schuldgevoel.
Ik vraag me af hoe het met onze andere nationale trots moet: kaas. Als het aantal veehouders radicaal moet veranderen, kunnen we dan nog wel genoeg kaas produceren om aan de behoefte te voldoen? Of moeten we dan kaas gaan importeren? Hoe milieuvriendelijk zou dat zijn? En wat zouden ze dan in Alkmaar wel niet moeten op vrijdagochtend, een kaasmarkt zonder kaas, dat is ondenkbaar.’
‘Ze zouden toch veganistische kaas op de berries kunnen doen?’ ‘Weet je waar dat uit bestaat? In de meeste gevallen een mengsel van kokosolie, aardappelzetmeel, rijst, amandelen, sesamzaad en cashewnoten. En daarbij zijn kokosolie, rijst, amandelen, sesamzaad en cashewnoten niet bepaald producten die hier worden verbouwd, het is dan ook de vraag in hoeverre je het Nederlandse kaas zou kunnen noemen. Om van de CO2 afdruk van een vegetarische kaas maar niet te spreken.
Recent zei emeritus hoogleraar Mariene Ecologie, Han Lindeboom het volgende:
“Bij ons is niet meer mooie natuur het doel, maar het tot irreële proporties verlagen van de emissies van de landbouw. Dat we in Nederland ook plaatsen willen hebben waar stikstof mijdende planten en gevoelige dieren goed groeien is terecht, maar moet dat overal op vooraf aangewezen plaatsen? Nederlandse natuur is niet natuurlijk, maar door de mens gemaakt en dat vraagt om onderhoud.
Nu kijken we naar de ligging van natuurgebieden en van stikstof uitstotende menselijke activiteiten, en dan moeten die laatste zich aanpassen voor iets wat we met alle geweld in die natuurgebieden willen hebben. Maar kunnen we niet beter kijken waar in Nederland die stikstof mijdende planten nog wel groeien en er daar dan goed voor zorgen of zelfs uitbreiden. Ook moeten we erkennen dat natuur met relatief veel stikstof soms ook best mooi is, ook al voldoet het niet aan wettelijke normen.” Als een hoogleraar die notabene gepromoveerd is op onderzoek naar de microbiologie en chemie van de stikstofcyclus dat zegt, dan vraag ik mij toch af of politiek Den Haag beseft waar ze mee bezig zijn.’
‘Dat doet mij denken aan nog iets wat de trots van de gemiddelde Nederlander bedreigt, de elektrische auto.’ ‘Hoezo?’ ‘De gemiddelde elektrische auto is niet ontworpen om een aanhanger te trekken, ze zijn zelden voorzien van een trekhaak, en ook niet alleen geschikt om een caravan te trekken. De elektrische auto’s die dat wel zouden kunnen, kosten al gauw een halve ton of meer. Kan jij het je voorstellen, een Nederlander die niet meer met zijn caravan op vakantie kan? Zo zie je maar, de teloorgang van de Nederlandse identiteit is onvermijdelijk.’