Mini-vakantie
Column: Peter van Vleuten
Gepubliceerd: 8 september 2023
Beroepsmatig muziek maken is geen vetpot. Was het ooit wel. In de jaren 80 ging ik een keer of 120 per jaar de deur uit om overal in het land liedjes zo goed mogelijk na te spelen voor goedgevulde zalen en dancings, en daar kon je een serieuze boterham mee verdienen. Met de intrede van dj’s kantelde de markt en ook de bevolkingspiramide kreeg andere vormen. Minder jeugd, meer dertigers en veertigers met kinderen en hypotheken. Geen tijd meer om te dansen. Tja, de normale veranderingen in ‘de markt’.
Anno 2023 is de situatie heel anders. Er is een vernisdiepe toplaag van succesvolle artiesten, maar de voorheen redelijk goed boerende middenklasse van muzikanten is flinterdun geworden. En daaronder zit een hele dikke laag van hardwerkende en ambitieuze muziekmakers die geen droog brood kunnen verdienen. Daar zijn natuurlijk conjuncturele oorzaken voor aan te wijzen, maar laat ik zo zeggen: het ondernemersklimaat voor zelfstandige musici is er niet beter op geworden, de laatste tien, twintig jaar.
Het gezegde luidt: iemand die al op de grond ligt, moet je niet natrappen. Maar daar hadden de neo-liberalen onder aanvoering van de grenzeloos sneue VVD-jokkebrok Halbe Zijlstra geen enkele boodschap aan. De totale verwoesting die deze datsja-fantast en huilebalk ruim 10 jaar geleden aanrichtte in het culturele veld rookt nog pijnlijk na.
Toch zijn er ook positieve geluiden. Sinds 2017 wordt er door de kunst- en cultuursector, samen met de overheid, geijverd voor de Fair Practice Code. Dat is zeg maar een serie afspraken die onder meer een minimaal tarief berekent voor de beloning van beroepsmusici en -artiesten. En dat gaat de goede kant op. Beroepsmuzikanten die ‘mogen’ opdraven bij de publieke omroep om hun kunstje te doen, kunnen niet meer worden afgescheept met een koffiebon en een vergoeding voor de reiskosten, onder het mom van ‘leuke promotie, dus gratis’. En ook de overheden die een cultuurcentrum exploiteren, worden geacht zich eraan te houden. Een soort bescheiden minimumloon.
Maar er is nog een lange weg te gaan. Ondertussen stimuleer ik collega-beroepsmuzikanten om zich hierin te verdiepen en er zich ook aan te houden. Gratis optreden voor ‘het goede doel’? Allemaal prima, maar zolang de cateraar, de security, de parkeerknechten en de ticketverkopers gewoon hun ingediende factuur ontvangen, zeg ik: niet doen. Vraag je normale gage, en als het doel werkelijk lovenswaardig is, kom dan bij hoge uitzondering een keer voor niks. Maar daartussenin is geen ruimte. Niet schipperen, geen water bij de wijn ‘omdat er geen budget is’. Het is alles of – heel soms – niks.
Een hele principiële stellingname, misschien. Maar wel zo helder. Beroepsmatig muziek maken is geen veredelde hobby. Het kost geld, spullen, tijd, advertentiekosten, investeringen, dagelijkse oefening, bijscholing en vooral doorzetten bij teleurstellingen. Net als bij iedere ondernemer, van loodgieter tot accountant.
Natuurlijk is houden van je werk geweldig. Maar de keuzes daarbij zijn niet vrijblijvend. Als je tijdens een borrelgesprek vertelt dat je beroepsmatig muzikant, songwriter of cultureel ondernemer bent, krijg je vaak een meewarige reactie: ‘Goh wat leuk, en kun je daarvan leven?’ (Als ze niet eerst zeggen: ”Nee, ik bedoel, wat doe je overdág?’). Ik heb sinds een paar jaar een mooie oneliner: ‘Ik kan er niet altijd van eten, maar ik kan er geweldig van leven’.
Zo zijn mijn lief en ik ook deze zomer ingegaan. We wilden eigenlijk een tweeweekse rondtrip door Schotland, maar dat kan Bruin gewoon even niet trekken. Dus blijven we voor het zesde achtereenvolgende jaar – op een tripje van vier dagen naar vrienden in Denemarken, vorig jaar, na – thuis. Voor ons geen verre reis, geen Airbnb, geen vliegtickets of wat dan ook. Zielig? No way. Het hoort nou eenmaal bij het grillige en meestal bescheiden inkomensplaatje van de gemotiveerde muzikant (die er dus uitstekend van kan leven).
Gelukkig hebben we in ons kamermeubel een laatje met bedankjes van blije mensen en clubs die ons na een (betaald of onbetaald) optreden een leuk extraatje stuurden in de vorm van een bon of voucher. Of van oprechte goededoelen-organisaties waar we gratis een concert-uitzondering voor maakten en die ons na afloop trakteerden op een duurzaam verantwoorde waardebon.
Het is verrassend hoeveel van die bonnen we de afgelopen jaren blijkbaar hebben verzameld. Dus houden we daarmee nu twee weken lang elke dag mini-vakantie met een lekkere lunch aan het strand, een bioscoopje in de buurt of een cadeautje-voor-onszelf in een mooie winkel in het dorp of aanpalende kern. En we denken hardop: sommige mensen reizen honderden kilometers om hier in Bergen te genieten – en wij hebben alles onder handbereik! En ondertussen doen we wat we het allerbelangrijkste en leukste in de wereld vinden: muziek maken en creëren. Daar kan toch geen ticket naar Ibiza of Bali tegenop?
Laat het duidelijk zijn: u kunt ons boeken tegen een Fair Practice-tarief. Of als u wérkelijk een belangrijk en goed doel behartigt en ook de catering en verwante leveranciers water bij de wijn doen, dan komen we graag voor een mooie bon. Voor de mini-vakantie van volgend jaar.