Dutch design
Column: Kauw
Gepubliceerd: 1 september 2023
Ik heb een week bij tante Ka gelogeerd in Zandvoort. Inderdaad, net in die week. Ik zat eerste rang op zo’n hijskraan. Ik had er een prachtig uitzicht op zee, duin en racerij. Ja, van zoveel spektakel wankelde ik allicht.
Daarom toch voor safety first gegaan en zo belandde ik op het dak van een van de vele vakantiehuisjes vlak bij het circuit. Daar eerst maar eens alle fijne stof tussen mijn veren weggepoetst. De pissebedden haalde ik zo tussen de rotte planken van die huisjes tevoorschijn. Wat mij bij de boulevard zo opviel, is dat al die bikes handig in het gelid stonden. Een idee voor de gemeente Bergen om bij de organisatie van dit mega evenement te rade te gaan? Weer terug op mijn oude nest scharrelde ik wat bij Echt rond, waar een breakfast nuttigen voor meerdere partijen een feestje is.
“Ook gekeken gisteren? Een feestje bouwen op hoog niveau is wel een Dutch design, hè, met de fiets als onderdeel van dat succes.” “Ja zij hebben van de fiets, bike gemaakt, een tof vervoermiddel op weg naar de F1!”
“Ja zo doet de PWN haar best om van de ellendige kap een goed verhaal te maken. De bomen krijgen een fraai tweede leven. Natrufied architecten kunnen er mooie gevels van maken.” “Ha, dat is inderdaad mooi, een natuurgevel op het Plein! En misschien kan nu eindelijk, na jarenlang weg te kijken, de gemeente Bergen overstag gaan met het bouwen van tiny houses? Maak met dat hout de meest ludieke tiny houses van Nederland.”
“Ik heb vrienden die tot volle tevredenheid in een tiny house wonen, lekker in en met de natuur. En daarbij, het is een oplossing voor de woningnood onder jongeren. Bergen was nota bene de eerste gemeente die deze woonvorm had kunnen omarmen. De Bergense initiatiefneemster kreeg echter geen poot aan de grond. In Bergen groeit creativiteit tegen de klippen op, totdat je te maken krijgt met vergunningen en bestemmingsplannen.” “Dat is tegenwoordig overal het geval. De politie zit meer achter het bureau formulieren in te vullen, de huisarts moet elke stap verantwoorden.” “Ja ik heb een schoondochter die in de wijkverpleging zit. Voor elke handeling staat een tijd en daar zit geen social talking bij, dat is toch onmenselijk? En weet je Dirk-Jan, vroeg of laat krijgen we er allemaal mee te maken hè.”
“Ha, ha, ik woon al behoorlijk ouderdom proof, alles begane grond en in het centrum.” “Maar als je echt ziek wordt, houdt het snel op hoor, dan ben je afhankelijk van je familie en goede vrienden. Daar is ook niets mis mee, zelfs fijn om mee te maken weet ik uit eigen ervaring. Daarom is mijn motto, wie goed doet, goed ontmoet.” ”Zo is dat, nog een cappuccino?”